zondag 1 maart 2015

Werk Gea

Mijn eerste werkweek zit erop bij Siegfried Moses!
Elke dag is het een heerlijk stukje wandelen naar het verzorgingshuis.
In het begin heb ik wat herkenningspunten onthouden voor mezelf, in de hoop niet te verdwalen in deze, voor mij nog onbekende, stad.
De spoorbaan een stukje volgen en bij het kraampje met de sinaasappelkisten linksaf slaan. Dan ligt al snel aan de rechterkant Beit Moses. 
Het is best spannend om te gaan werken in een ander land, andere (werk) cultuur en een andere taal.
Gelukkig ben ik goed opgevangen door de social worker, een jonge vrouw die goed Engels spreekt.
Ze vraagt me wat voor werk ik in Nederland doe en we spreken af wat ik de komende periode kan betekenen in Beit Moses.
Ik zal vooral in gesprek gaan met Nederlandse Joden die de holocaust overleefd hebben. 
Na ons gesprek  kreeg ik een rondleiding door het gebouw. Het ziet er gezellig en verzorgd uit.
Onderweg werd ik steeds vriendelijk begroet door bewoners: "sjaloom" of "boker- tov".
 
Het eerste bezoekje dat ik breng is bij een nog kwieke dame van 90 jaar oud.
Ze zit nog aan haar ontbijt (een groot bord salade) als ik bij haar binnenstap.
Ze vraagt me op de man af, in het Nederlands, waar ik vandaan kom en wat me hier gebracht heeft in Israël. 
Ik vertel haar waar ik vandaan kom en hoe ik in Israël  terecht ben gekomen.
Het ijs is gebroken en ze vertelt me haar levensverhaal in notendop.
Mijn bewondering voor haar groeit naarmate ze haar verhaal doet.
Ik zie een krachtige vrouw die veel doorgemaakt heeft, verschillende oorlogen heeft moeten doorstaan en toch levenslustig en opgewekt overkomt.
Als ik aanstalten maak om weg te gaan, geeft ze me nog snel wat tips over het leven in Israël en hoe de bevolking hier is. 
Israëlieten zijn net sabra's (een Israëlische vrucht): van buiten stekelig, maar van binnen sappig.  Ze kunnen heel bot reageren, maar als je hen leert kennen, zijn ze puur en hebben het hart op de goede plaats.
Ook zegt ze dat ik altijd bij haar langs mag komen als ik een "moeilijk moment" heb in de komende 3 maanden. Ze zegt; je kan dan een dikke knuffel van me krijgen!
Ze vraagt me of ik de komende 3 maanden wat vaker bij haar langs wil komen.
Rond 10:00 uur heb ik pauze met mijn "nieuwe collega's. Er wordt koffie gedronken en je kunt allerlei lekkers pakken: yoghurt, hartige taart, brood.
Ik probeer een gesprekje aan te knopen met een collega tegenover mij. Ze is erg vriendelijk en ondanks mijn wat gebrekkige Engels hebben we toch een leuk gesprekje. Ze vraagt me of ik Joods ben, omdat ze mijn naam Joods vindt klinken ( in het Hebreeuws spreken ze het uit als "Gaaijaa").
Na de pauze neemt de social worker me mee naar de verpleegafdeling. 
De bewoners zitten in de huiskamer aan de koffie. Er lopen opvallend veel broeders rond!
De social worker vraagt me of ik met een Joodse man in gesprek wil gaan, hij is begin dementerend en ze weet niet in hoeverre hij een gesprekje kan voeren in het Nederlands. 
Ik ga rustig naast hem zitten en stel me voor in het Nederlands. Hij kijkt me verrast aan en gaat gelijk over in het Nederlands. Hij spreekt het nog goed, zoekt af en toe naar het goede woord, maar begint dan te vertellen over zijn leven in Nederland.
Wat hem hiervan het meeste is bij gebleven is dat hij als kind elke dag werd uitgescholden voor "Jood" als hij naar school liep of naar de synagoge. Gelukkig heb ik er hier geen last meer van zegt hij, hier hoor je erbij.
Hij vraagt me of ik ook Joods ben, als ik zeg dat ik echt Nederlands ben, kijkt hij me verbaasd aan. Een Nederlander die naar Israël  wil om te komen werken? Hij vindt het maar bijzonder.... 
Als ik hem vraag of ik hem nog eens op mag zoeken, geeft hij aan dit gezellig te vinden. Hij wil me dan graag zijn kamer laten zien.
 
Woensdagochtend: voor de Nederlandse holocaust overlevenden is dit een ochtend waar ze elke week erg naar uitkijken! Dit is een maatjes-project van Elah
Samen met de bewoners van Beit Bart is dit een ochtend waarin ze elkaar ontmoeten. Ze drinken gezellig koffie met elkaar en er wordt een onderwerp behandeld. 
De ochtend dat ik er ben, is er een gast uit Nederland. Een Joodse vrouw van 90 jaar, ze heeft vorig jaar haar Joodse familie in Israël terug gevonden. Heel bijzonder omdat ze tot die tijd altijd heeft gedacht in de oorlog al haar familie te zijn kwijt geraakt en alleen was overgebleven.
Iedereen volgt met veel  bewondering haar verhaal. Wat een moedige vrouw en wat komt ze ondanks haar leeftijd sterk over!
Haar verhaal maakt veel los bij de andere bewoners, ook is er veel herkenning uit hun eigen leven: de Tweede Wereldoorlog, het onderduiken, de strafkampen, families die ze verloren zijn.
Van een afstandje volg ik de gesprekken. De bewoners die er zitten, zijn bijna allemaal zo rond de 80/ 90 jaar, maar wat zien ze er nog goed uit en wat zijn ze positief ingesteld! 
Ik voel veel bewondering en respect voor deze mensen......
We zingen met elkaar ter afsluiting een Israelisch lied: Hine Ma Tov.
Gelukkig ken ik dit lied en zing hem helemaal mee.
Na afloop wordt er nog wat nagepraat en een groepsfoto gemaakt met de 90-plussers.  Even snel de lippen nog stiften, want je moet er toch goed uitzien!
Mijn hoofd zit vol als ik om 13:00 uur richting het baanbrekershuis loop.
Ik besluit om nog even richting de oude stad te lopen.
Het zonnetje breekt net door. In een rustig park, net naast de oude stad, rust ik even uit op een bankje, terugkijkend op een bijzondere ochtend.
 
 
 

2 opmerkingen:

  1. Hallo Gea of moet ik Chajah zeggen ;-)))). Wat een mooie verslag is dit. Hoop dat je je gauw thuis gaat voelen op je werkplek. Begreep van een bezoeker van het BB-huis dat jullie de hebreeuwse woordenlijst die ik samen mert haar heb opgesteld nu hebben. Hoop dat jullie er iets aan hebben.

    BeantwoordenVerwijderen